Na het VWO kies je over het algemeen voor een vervolgopleiding. Bij de keuze voor een vervolgopleiding kan je worden geholpen door de schooldecaan. Op de school is daarvoor informatie aanwezig. Maar hier kun je ook terecht!
Als VWO- eindexamenkandidaat kun je kiezen voor een vervolgopleiding in het hoger beroepsonderwijs (HBO) op een hogeschool én kun je worden toegelaten tot de universiteit, het wetenschappelijk onderwijs.
HBO-opleidingen zijn primair gericht, naast de overdracht van vaktheoretische kennis, op de ontwikkeling van vaardigheden in nauwe aansluiting op de beroepspraktijk.
Het wetenschappelijk onderwijs (wo) biedt opleidingen aan met als voornaamste doel het ‘zelfstandig beoefenen van de wetenschap of de beroepsmatige toepassing van wetenschappelijke kennis’.
HBO
HBO-opleidingen duren meestal 4 jaar (240 studiepunten ofwel ECTS (European Credit Transfer System)-punten), waarvan 1 jaar propedeuse en 3 jaar hoofdfase. Er zijn varianten die korter duren, maar dit is bijna alleen het geval als je al een soortgelijke opleiding hebt afgerond.
Na het behalen van je HBO-diploma mag je de volgende titels voeren:
bc. (baccalaureus)-graad bij een afgeronde studie aan een hogeschool met een niet-technische of natuurwetenschappelijke achtergrond. In de praktijk gebruiken afgestudeerden zelden deze titel.
ing. (ingenieur) graad bij een afgeronde studie aan een hogeschool met een technische of natuurwetenschappelijke achtergrond. Deze titel wordt in praktijk (ook na invoering van het BaMa-stelsel) wèl vaak gebruikt, en dan vooral in de wetenschappelijke wereld.
Door de invoering van de bachelor/master-structuur is een HBO-opleiding een 4-jarige bacheloropleiding geworden.
Als je een HBO-(bachelor)diploma hebt behaald kun je in principe, na universitaire goedkeuring van een commissie of studieadviseur, een masterstudie gaan volgen aan een universiteit.
|
WO
De opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs worden verdeeld in een bacheloropleiding van 3 jaar (180 studiepunten), gevolgd door een masteropleiding van: 1 jaar (de meeste richtingen, 60 studiepunten), 2 jaar (technische en natuurwetenschappelijke richtingen, tandartsopleiding, 120 studiepunten) of 3 jaar ((dier)geneeskunde, apothekersopleiding, 180 studiepunten).
Elke diploma van bachelor geeft automatische toelating tot ten minste één masteropleiding aan dezelfde universiteit, maar een bachelordiploma geldt ook als eindonderwijs.
Doorstroming naar andere master’s-opleidingen aan andere instellingen is ook mogelijk indien dit door het instellingsbestuur is goedgekeurd en een bewijs van toelating wordt afgegeven.
Na het behalen van je master-diploma mag je de volgende titels voeren:
master, met de aanduiding of arts, of science, afhankelijk van de richting. Afgestudeerden van huidige masteropleidingen zijn ook nog steeds gerechtigd de ‘oude’ universitaire titels te voeren, namelijk:
drs. (doctorandus)
ir. (ingenieur)
mr. (meester in rechten)
Heb je een master-diploma behaald, dan kun je ook nog promoveren. Een promotie duurt meestal 4 jaar.
Aan het einde mag je de titel voeren van Doctor (dr.).
|